dinsdag 10 januari 2017

post uit Praag

Enkele maanden geleden ontvingen we de vraag of we meer informatie hadden omtrent een zekere Servaas Engels uit Tongeren die zich circa 1630 in Praag vestigde.

Verschillende weken lang hebben we heen en weer gecorrespondeerd over een bijzonder Tongenaar. Hij heeft zelfs zijn eigen Tsjechische wikipedia-pagina. https://cs.wikipedia.org/wiki/Serv%C3%A1c_Engel_z_Engelsflussu Onverstaanbaar, maar gelukkig bestaat er zoiets als Google Translate…

We vatten even het artikel op wikipedia samen : “ Servaas Engel van Engelsflussu (overleden april 1674) was een Tsjechisch edelman. Hij was oorspronkelijk een leerlooier afkomstig uit Vlaanderen en was eigenaar van het landhuis Msinek pod Brdy in Tsjechië. Zijn geboortedatum is niet bekend. Zijn vader was Servaas Engels uit Tongeren in de buurt van Maastricht, die rond 1630 met zijn gezin naar Praag verhuisde. Ze vestigden zich in de Kleine Stad waar hij het zogenaamde huis “villa Werichova” liet bouwen. In de buurt van de Karelsbrug bouwde de familie een leerlooierij. Servaas Engels onderhandelde een contract met het keizerlijk leger voor het leveren van leder en schoeisel. Hij omzeilde hierbij de Joodse handelaars en kocht rechtstreeks bij de slagers.

In 1648 werd hij geridderd omwille van zijn hulp tijdens de verdediging van de stad tegen de Zweedse troepen en kreeg het predikaat van Engelsflussu en een wapenschild. Na de dood van zijn vader huwde hij met Ludmila Röttingerovou die erfgename was van verschillende huizen, twee molens en een wijngaard in Sarka. Ludmila stierf in 1660 en Servaas Engels hertrouwde met de dochter van de Praagse primaat Nicholas Turk.

In 1655 kocht hij het vervallen kasteel van Msinek pod Brdy dat hij liet restaureren. In april 1674 overleed hij.”

 

Onze Praagse correspondente wist verder nog te melden dat Servaas Engels geboren werd in Tongeren, maar in Maastricht een leerlooierij uitbaatte. Hij was gehuwd met Maria Theresia von Guttenberg. Zijn zoon, de Servaas Engels van de wikipedia-pagina, werd geboren omstreeks 1605. Zijn dochter, Odilia, huwde in 1639 ridder Thomas Sohier von Windmiehle. Een andere zoon, Arnold Engels, was Jezuïet en overleed in 1690.

De familie van Servaas Engels zu Engelsflussu had afstammelingen tot de achttiende eeuw. Daarna kwamen hun goederen in handen van de familie Unwerth en later Kast van Ebelsberg.

 

Zover het Praagse verhaal. De vraag was natuurlijk of wij meer informatie hadden over Servaas Engels senior en junior in de Tongerse stadsarchieven. Na wat zoeken kwamen we al snel terecht bij Servaas Lenaerts (zoon van Engel Lenaerts) die ook genoemd werd Servaas Lenaerts Engelszoon. En inderdaad had Servaas Lenaerts ook een zoon geheten Servaas Lenaerts junior.

Van Servaas senior wordt vermeld dat hij in 1597 in Brussel werkzaam was. Ze hadden een herenhuis op de Piepelpoel en zijn voorouders waren eigenaar van De Engel op de Grote Markt. Deze Servaas Lenaerts wordt een laatste keer vermeld in de Tongerse archieven in 1629 bij een verkoop van goederen. Toevallig of niet is dat een jaar voor dat hij in Praag opduikt. Servaas senior had trouwens nog een andere zoon : Engel Lenaerts (genoemd naar de grootvader) die in 1610 huwde met Elisabeth Biesmans en van wie er afstammelingen waren in Tongeren.

Dat Servaas senior en junior in Praag Engels noemden en niet Lenaerts, is helemaal niet ongewoon. Het aannemen van de vadersnaam was gebruikelijk in die tijd, net zoals het aannemen van een naam verwijzend naar een plaats of beroep.

 

 

 

vrijdag 23 december 2016

Hubert van Eyck

Vandaag het laatste stukje van deze week over Tongeren en Maaseik.

Iedereen kent de broers Jan en Hubert van Eyck. Al is het maar van het standbeeld op de Maaseiker markt, een standbeeld dat enkele jaren voor onze Ambiorix verscheen.

Jan van Eyck (circa 1390 – 1441) is de gekendste van de broers. Samen met Rogier van der Weyden is hij de grootste van de zogenaamde Vlaamse Primitieven die wereldwijd vermaard zijn. Zij stonden bekend voor hun miniatuurkunst, realisme en naturalisme.

 

Zijn oudere broer, Hubert (circa 1366 – 1426), begon waarschijnlijk aan het Lam Gods dat door Jan werd afgewerkt.

Weinige mensen weten echter dat één van de eerste keren dat Hubert van Eyck in de bronnen wordt vermeld, dat in 1409 in Tongeren is. Magister Hubertus, pictor schilderde in dat jaar altaarpanelen voor de OLV-kerk.

Later komt hij terecht in Gent, van waaruit hij zal werken en waar hij ook overlijdt.

Van het schilderij “Madonna in de kerk” van Jan van Eyck, waarbij hij elementen van verschillende kerken heeft samengebracht, zitten volgens kunsthistorici ook elementen uit onze OLV-kerk.

 

 

 

woensdag 21 december 2016

Een sotte en dwaese persoon

We maken er deze week een drieluik van over Maaseik… Vandaag een beetje meer uitleg over een bijzondere akte uit de registers van de Tongerse schepenbank.

In 1687 vraagt facteur Fabri van Maaseik om meer informatie over een zekere Elisabeth van den Grendel uit Tongeren. Zij was gevangen genomen in Maaseik op verdenking van diefstallen en “krakeel”. En om haar te laten bekennen wil de schout van Maaseik haar op de pijnbank leggen.

Het was echter de gewoonte dat er over gekende misdadigers meer informatie werd ingewonnen op hun vorige plek van verblijf of hun geboorteplek. En zo werd in 1687 de vraag gesteld in Tongeren of ze meer konden vertellen over Elisabeth van den Grendel.

Het antwoord was zeer duidelijk : laat het arme kind met rust. Ze is zwakzinnig en het heeft geen zin om haar op de pijnbank te leggen.

Verschillende Tongenaren leggen “bekentenissen” af over de zwakzinnigheid van Elisabeth. Maar het dossier sleept blijkbaar aan en in april 1687 begeeft Simon van Bloer (lid van de stadsmagistraat van Tongeren) zich naar Maaseik om het voor Elisabeth op te nemen. Ook hij verklaart dat ze “een sotte en dwaese persoon” is, die al sinds lang ziek is.

 

Dit document geeft een kleine kijk op hoe met geesteszieken werd omgegaan. Tot de twintigste eeuw was het de gewoonte “zwakzinnigen” weg te steken. Dikwijls ver weg te steken en er over te zwijgen. Een mooi voorbeeld is de familie van burgemeester Lambert Hyacinth van der Meer van Tongeren wiens zus (we spreken nu over circa 1800) letterlijk werd doodgezwegen. De familie van der Meer was gepassioneerd van genealogie, heraldiek, familiegeschiedenissen, enzovoort. Er is een uitgebreid archief van hen bewaard, etc. Maar over het zwakzinnige familielid, weggestopt in een instelling in Maastricht, wordt niet gerept.

En zo verging het ook andere zwakzinnigen. Ook zieken zoals melaatsen werden buiten de stad gebracht (de zogenaamde levende doden omdat hun familie afscheid van hen had genomen). Zwakzinnigen daarentegen werden als kinderen van God gezien, maar men had hen liever toch niet in de stad. Zeker welgestelde families zorgden ervoor dat een zwakzinnig familielid in een “dolhuis” terecht kwam (bijvoorbeeld in Maastricht of Luik).

Een ander voorbeeld is Arnold van Driesch, man van Gertrudis Vlasvloer die op de Vlasmarkt woonde (18e eeuw). Hij werd bij de Cellebroeders van Sint-Truiden ondergebracht en zijn vrouw nam zijn zaken waar. Uit onze uitgebreide archieven zijn dit enkele van de zeer weinige voorbeelden die we hebben over geesteszieken.

 

Het straffen van hen, verbannen, … werd als een gewone zaak beschouwd. Enkel de personen die nog nuttig waren voor de maatschappij kregen een zekere ondersteuning van de Armentafel. Pas in de negentiende eeuw zou er meer aandacht gegeven worden aan ziektepatronen, medicatie, etc.

 

 

We weten niet hoe het Elisabeth van den Grendel verder gegaan is. Vermoedelijk werd ze verbannen uit Maaseik.  

Uit de parochieregisters blijkt dat ze waarschijnlijk in 1643 in Tongeren gedoopt werd als dochter van Simon van den Grendel die in de Muntstraat woonde.

maandag 19 december 2016

Tóngëre

Tóngëre, de awdste stad van Belsj, ligk in Haspëngouw aan de Jeekër en haef mèt de 16 deilgëmeinte ’n gooj 30.000 inwoeënërs. Bëkènd in Tóngërë zeen de bazzëliek, ’t Gallo-Rommeins Muuzee(j)um en ’t standbeeld van Ambie(j)oorkings. ’t Provvinsjaal Gallo-Rommeins Muuzee(j)um is gërich op de Limburgse gësjiedënis van de prehistorie tot ’t ènj van ’t Rommeins Keizërri-jk. Van de 170.000 stökke wuuëre d’r 2.000 gëtoeënd. Daobi-j zeen d’r de tëntoeënstèllingen wi-j o.a. De Neanderthalers, Sagalassos, De Vinkingen of Gladiatoren – helden van het Colosseum. ’t Muuzee(j)um kraeg in 2011 es ieërste Belsj muuzee(j)um de European Museum of the Year Award. Van de bazzëliek geit de gësjiedënis trök tot de ieërste ieëw nao Kristus. De kirk, di-j saer 1931 bazzëliek is, waerdën in 1541 aafgëmaak en is waerëldèrfgood. Bëzunjër in Tóngërë zeen ouch de walle. Van den 4.544 maetër Rommeinse walle van de ieërste ómwalling in d’n ti-jd van keizër Trajjanus is nôw nog 1.500 maetër te zeen. ’t Standbeeld van Ambie’j)oorkiks is ówt 1866.

 

Een sappig stukje Maaseikers dialect over Tongeren. Het Maaseikers dialectwoordenboek werd enkele weken geleden voorgesteld http://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20161024_02535969 en is daar te koop bij Toerisme, de Standaard Boekhandel, etc.

In het woordenboek wordt onder andere verwezen naar onze taalkundige André Stevens die bekend is voor zijn Tongers woordenboek.

dinsdag 13 december 2016

Sluizen van 1750 tot 1950 : een nieuwe publicatie

Sluizen is één van de kleinste dorpen van Tongeren, maar het heeft een boeiend verleden. Er zijn nog heel wat historische gebouwen bewaard gebleven, waar het één en ander over te vertellen is. Sluizen, gelegen in de pittoreske Jekervallei, was vroeger vooral bekend voor het strovlechten. In het boek “Geschiedenis van Sluizen en de strovlechtnijverheid in de Jekervallei. Sluizen van 1750 tot 1950” nemen de auteurs Stephanie Cosemans, Victor Nicolaers en Ward Grammen je mee op een unieke reis doorheen het verleden van het dorp. In het boek ontmoet je dorpsfiguren en leer je meer over het dagelijkse leven in Sluizen.

 

Het boek telt 166 pagina’s, is in kleur en ingebonden met ringen. Het boek kost 20 euro en is te verkrijgen bij Stephanie Cosemans (012 74 14 35) of Victor Nicolaers (012 23 72 04) of mail naar raymondvaes@gmail.com

 

maandag 12 december 2016

Jan Loers, heer van Mal in de zeventiende eeuw

Vorige week vonden we in het zogenaamde “wapenboek Posson” het wapenschild terug van Jan Loers, heer van Mal, luitenant-drossaard van Loon en Bilzen en voogd van Franchimont. Een hele mond vol…

Jan Loers (ook genoemd Loefs) kreeg in 1602 de heerlijkheid Mal in leen van prins-bisschop Ernest van Beieren. Op dat moment (al van voor 1598) was hij ook eigenaar van het “kasteel van Sluizen” of wat er toen nog van restte. Verder bezat hij ook een winhof (boerderij) op de grens van Millen, Mal en Sluizen.

Hij was schepen van Sluizen en wordt in 1588 vermeld als schout.

In 1597 werd Jan Loers als schout nog met een deel van de inwoners van Sluizen gevangen gezet in Bergen-op-Zoom omdat de oorlogsbelastingen niet betaald werden

 

Zijn goederen in Sluizen gingen via zijn vrouw Maria Huysch over naar Gilis Ruyschen (+1637) uit Maastricht die hertrouwde met Maria Huysch.

 

Over de figuur Jan Loers is verder niet veel geweten. Vermoedelijk was hij ook eigenaar van huis Het Sweert in de Sint-Truiderstraat (nu slagerij Bovy) waar ook zijn vader woonde. Over zijn wedervaren als luitenant-drossaard van Loon en Bilzen en voogd van Franchimont, toch wel belangrijke bestuurlijke functies in die periode, is (nog) niet veel geweten.

dinsdag 6 december 2016

Pakjesmaand is boekenmaand

Tijd om een beetje reclame te maken voor de boeken die de recent verschenen zijn en gaan verschijnen over het Tongerse verleden en erfgoed.

Sport in Tongeren is een fotoboek dat de rijke sporttraditie in de stad in de kijker zet. Honderd foto’s geven een overzicht van de vele sportclubs en belangrijke sportgebeurtenissen in de periode 1890-2016. Het boek is te koop bij Standaard Boekhandel en het stadsarchief aan 5 euro.

Op 1 december werd Zo leefde Tongeren tussen 1870-1970 van Jo Gilissen en Pim Lakay voorgesteld. Het boek behandelt heel wat feiten uit een overgangsperiode in de Tongerse geschiedenis. Het boek is te koop in de Standaardboekhandel en de dagbladwinkels aan 15 euro.

Enkele weken geleden werd Kot & Goed van Georges Willemaers gepresenteerd. In het boek komen heel wat Tongerse cursiefjes van Georges aan bod. Het leuke is dat je een qr-code kan inscannen waarna je de tekst in het Tongers hoort voorgelezen worden. Voor meer info http://www.willemaers.eu/kotengoed/

En op maandag 12 december wordt het derde deel van Tongeren tijdens de Tweede Wereldoorlog voorgesteld. De drie delen zijn vanaf dan te koop in een cadeaubox aan de prijs van 20 euro bij Toerisme Tongeren en de Standaardboekhandel. Aansluitend werd ook een dvd gemaakt door Tijs Posen over hetzelfde onderwerp. Hij verzamelde heel wat unieke getuigenissen en beeldmateriaal. De dvd is te koop aan 7,5 euro.